Geestelijk verzorging maakt onderdeel uit van zorg op de juiste plek

 “Er is in de gezondheidszorg veel aandacht voor lichamelijke en psychische zorg, en pas veel later komt de kant van levensvragen naar voren, terwijl dat juist bij palliatieve zorg zo van belang is. Daarom is het heel fijn dat er nu ook voor patiënten thuis verwijsmogelijkheden zijn naar de geestelijk verzorger, zonder voor financiering afhankelijk te zijn van fondsen en kleine subsidies”. 

Het enthousiasme van Wies Wagenaar en Bea Dame is duidelijk: ze juichen de nieuwe subsidieregeling toe. “Juist de palliatieve zorg heeft gelobbyd voor inzet en financiering van de geestelijke verzorging in de thuissituatie.” Beide dames zijn coördinator Netwerk Palliatieve Zorg en hebben een schat aan ervaring. 

Bea is reeds 8 jaar werkzaam in Almere, Wies al zo’n 18 jaar in andere regio’s en sinds kort in Amsterdam/Diemen. Op de NPZA-site Amsterdam/Diemen stelt Wies Wagenaar zich voor, evenals projectleider Daniëlle van Bennekom.

Existentiële vragen
“Overigens is de inzet van een geestelijk verzorger niet alleen voor mensen in de palliatieve fase” verduidelijkt Wies. “Mensen boven de 50 jaar vormen ook een doelgroep. De overeenkomst is dat het altijd gaat om betekenisvragen. “Eenzaamheid, chronisch ziek zijn, niet meer beter worden: dat doet iets met mensen. Dan komen existentiële vragen naar voren. Die betekenisvragen, het spirituele domein is soms lastig te herkennen en mee om te gaan.”

Mens achter de patiënt 
Bea vult haar aan: “Er is meer aandacht voor de mens achter de patiënt, maar het is inderdaad nog steeds lastig. Je ziet bij patiënten ook steeds meer de vraag ontstaan. Die waren er voorheen ook, maar er bestonden, naast de kerk of psycholoog, geen verwijsmogelijkheden. Geestelijke verzorging is essentieel onderdeel van de juiste zorg op de juiste plek.” Peinzend vervolgt ze: “Misschien moet er een ander woord komen. Bijvoorbeeld levensbegeleider. Geestelijk verzorger wordt vaak geassocieerd met een dominee, of evangeliseren. Terwijl een geestelijk verzorger er juist is voor de levensvragen van iedereen.”

Wies bevestigt deze uitspraken. “We zijn als mens één geheel met verschillende dimensies, waar zingeving een wezenlijk onderdeel van is. Dit sluit naadloos aan bij het concept positieve gezondheid. Uit onderzoek blijkt dat veel klachten niet (alleen) medisch van aard zijn. Dan kan een luisterend oor nodig zijn. Door de subsidie kunnen zorgverleners in de eerste lijn nu een geestelijk verzorger ‘op recept’ inzetten om dit luisterend oor te bieden”. 

Elkaar kennen
Het inbedden van de geestelijk verzorger in de eerste lijn vergt nog wel wat werk. “Zingeving betreft gedeeltelijk een ander netwerk, met participatie van gemeente en wijkteams. Dat maakt het lastig”, aldus Bea. “Tegelijk biedt het goede mogelijkheden om die partijen meer bij palliatieve zorg te betrekken. Het is zinvol als bijvoorbeeld PaTz-groepen, maar ook wijkteams kennismaken met het werk van een geestelijk verzorger.” 

Deze uitspraak past naadloos in de Koers voor de toekomst, die vorig jaar door het netwerk palliatieve zorg Amsterdam & Diemen ter heroriëntatie is opgesteld. Daarin staat onder andere dat samenwerken betekent ‘elkaar kennen, inspireren, elkaars creativiteit aanspreken en elkaar uitdagen om talenten en kennis in te zetten’. Wies: “Onze maatschappelijke opgave is van belang. Dat bij zingevingsvragen mensen mogen rekenen op ondersteuning die gemakkelijk beschikbaar is. We proberen daarom geestelijke verzorging te laten aansluiten bij bestaande structuren. Dit jaar is twee/zevende van de financiering  bestemd voor het kwartiermaken. En dat moet zo goed mogelijk gebeuren.”