Signaleringsfunctie van een praktijkondersteuner-ouderen is van groot belang

Starten als praktijkondersteuner-ouderen op het moment dat de coronapandemie toeslaat. Dan blijkt direct hoe waardevol deze functie is. Want die pandemie treft juist de groep kwetsbare ouderen hard. 

Lilian Kupers trad 1 maart 2020 in dienst als praktijkondersteuner-ouderen bij twee huisartsenpraktijken in Amsterdam Noord. Voor beide praktijken acht uur. Twee weken later volgde de eerste lockdown. “Dat word je in het diepe gegooid”, stelt ze glimlachend. “Het grote voordeel was dat ik in dezelfde wijk ook werkzaam ben als wijkverpleegkundige. Dus ik kende de sociale kaart goed, evenals de samenwerkingspartners. Dat is echt een pre. Veel activiteiten, zoals dagbesteding, mochten niet meer. Ik ben gaan zoeken wat nog wel mogelijk was en daarbij was mijn reeds opgebouwde netwerk van onschatbare waarde.”

 

Perspectief bieden

Met de lockdown nam de eenzaamheidsproblematiek bij ouderen enorm toe. “Het is een groep die sterk op zichzelf werd teruggeworpen, die soms angstig was en veelal met een groot aantal vragen zat. Ik heb eerst de alleroudsten en meest kwetsbaren in kaart gebracht en hen telefonisch benaderd. In de gesprekken kon ik veel uitleggen en advies geven: wanneer wel/geen mondkapje, hoe ga je om met handhygiëne, boodschappen doen. Mijn doel was vooral perspectief bieden.”

 

Afstemming met andere praktijkondersteuners

Inwerken verliep door de corona-uitbraak ook anders. “De module ouderenzorg in het KIS was voor mij een mooie handleiding. Daarnaast was de samenwerking met de praktijkondersteuners-somatiek een aandachtspunt: hoe kunnen we elkaar goed aanvullen? Goede afstemming is echt van belang. De scholing werd na twee bijeenkomsten vanwege corona uitgesteld tot september en was toen grotendeels online. Het bleek een voordeel dat we elkaar al een paar keer hadden gezien, dat is digitaal toch anders. We hebben nu een groepsapp, waarin we met elkaar kunnen sparren.”

 

Sociaal welbevinden

Eind maart werd Lilian zelf getroffen door corona. “Met als voordeel dat ik daarna antistoffen had”, zegt ze blijmoedig. “Zo kon ik veilig bij ouderen op bezoek, uiteraard met inachtneming van de voorzorgsmaatregelen. De keuze gebeurde in overleg met de huisartsen. Daarop nam ik telefonisch contact op voor een afspraak.” Ze vervolgt: “Inmiddels zijn we in samenwerking met het buurtzorgteam en welzijnsorganisatie Civic bezig met de opzet van beeldzorg voor ouderen. Compaan levert tablets met een speciaal programma, waardoor een tablet eenvoudig en met minimale handelingen te gebruiken is. Beeldzorg kan het sociale welbevinden bevorderen, maar zo kun je ook medische ondersteuning bieden.” Op de vraag of ouderen dat aankunnen, lacht ze hartelijk. “Niet iedereen, daarom zijn de tablets van Compaan een mooie aanvulling. Maar ik sta soms echt versteld van de goede digitale vaardigheid van sommige ouderen.”

Ze heeft de kwetsbaarheid van oudere patiënten in kaart gebracht met ‘Trazag’-vragenlijst (TRAnsmuraal Zorg Assessment Geriatrie). “Deze vul ik zelf aan”, vermeldt ze. “Zo vraag ik ook naar het sociale netwerk van de persoon. Want bij een 90-plusser die laag scoort op kwetsbaarheid, maar met een klein of geen sociaal netwerk, is het systeem rondom de persoon dus wel kwetsbaar. Het is goed om dat in kaart te hebben. Zoals het ook goed is te weten wat de wensen en voorkeuren van ouderen zijn rondom het levenseinde. Dat breng ik ter sprake, en dat krijgt een vervolg met een gesprek met de arts. Vooral voor de naasten is het belangrijk om dit een keer te bespreken, zodat -als het nodig is- de zorg en ondersteuning daarop kan worden afgestemd.”

 

Taakafbakening

“Soms worstel ik met de vraag wat wel en vooral niet tot mijn taak behoort”, geeft Lilian Kupers eerlijk toe. “Zo vind ik de welzijnskant heel belangrijk, maar ik moet niet alles zelf willen oplossen en ook zaken overdragen aan welzijnsorganisaties. Als praktijkondersteuner-ouderen moet je zelf duidelijk je grenzen aangeven en bewaken.” Ze vervolgt: “De doelgroep is duidelijk: de ouderen. Daarvan zijn er zo’n 200 per praktijk, dus ruim 400 in totaal. Ik zie het als mijn taak om de zorg rondom deze groep te waarborgen. In mijn functie is signalering van groot belang om de juiste zorg te kunnen bieden, in afstemming met alle partijen. Zo kan ik van meerwaarde zijn voor de huisarts en zeker omdat ik vanuit mijn baan als wijkverpleegkundige de eisen voor de verschillende financieringsstromen weet.” Opgewekt vat ze samen: “In combinatie met mijn functie als praktijkondersteuner-ouderen heb ik echt een topbaan.”

 

Lilian Kuipers 

 

 

 

Lilian Kupers

wijkverpleegkundige en praktijkondersteuner-ouderen